maandag 24 januari 2011

Licht

Het is stil, heel stil in onze klas. Wij eten. Wij zijn gefocussed. De startknop van Geoffry’s elro doorbreekt de stilte. Langzaam stuurt hij zijn elro achteruit van tafel en rijdt naar het lichtknopje. Wij hebben niks door. Zijn arm gaat moeizaam omhoog richting het lichtknopje. Doordat hij eigenlijk erg moet lachen, maar dat niet te openlijk wil doen, valt zijn arm terug op het blad. Wij hebben niks door. Keer op keer reikt zijn arm naar het knopje totdat…het licht uit gaat. “Hee!!!”, roep ik. Verschrikt kijken Sandra en ik elkaar aan. Onze leerlingen, die natuurlijk alles doorhebben, zijn door het dolle. “Het licht!?!”, zeg ik tegen Sandra, “Wie doet dat?”. Om ons heen stuiteren de leerlingen in het rond en wijzen naar Geoffry. Het wordt nog leuker als ik Geoffry met veel theater bij het knopje weghaal “Wat moet dat daar bij dat licht!!! Potverdriedubbeltjes!!! Weg daar!”. Als Geoffry weer bij tafel staat eten we verder. Dan start Babette haar elro, bonkt drie keer tegen de tafel en neemt onderweg naar het lichtknopje met haar elro het computermeubel mee terwijl ze roept “Hosé!! Hicht uit”. Wij hebben voor de vorm niks door. Met een enorme pets dreunt ze het licht uit en we spelen het spel van voren af aan. “Weg jij, bij dat licht!! Schurkekop!!!” Als Babette aan tafel zit staat Nesile op. Met haar looprek rent ze richting het knopje. Rammel schuif ratel. Rammel schuif ratel. Wij hebben niks door. Eenmaal op de plaats van bestemming gebaart ze naar de onzichtbare vrienden dat ze het licht uit gaat doen. Allemaal opletten, jongens! Dit wordt lachen! En jawel,… het licht gaat weer uit. Sandra en ik spelen onze rol met verve. Dan gaat Nadine schuddend van plezier naar het knopje en dan Quincy en iedere keer overvalt het ons als het licht uit gaat. Het plezier in de groep weerkaatst tegen de muren en komt duizenvoudig bij ons terug. Dit spel kan doorgespeeld worden tot in de eeuwigheid.
“Zo jongens, nu is het even klaar hoor…” Onze leerlingen denken daar anders over en wijzen als één man naar Suzanne. Zij kan niet zelf naar het lichtknopje gaan. “O”, zeg ik tegen Sandra, “Volgens mij wil Suzanne ook naar het lichtknopje”. Suzanne strekt zich van plezier en kijkt stralend naar Sandra.
“OK, suus”, zegt Sandra en zet haar bij het lichtknopje neer. Suzanne giert het uit als Nadine haar arm naar het lichtknopje hijst.
Wij hebben niks door.

1 opmerking:

  1. hoi josé,
    Wat leuk dat je volger bent geworden van mijn blog. Dat vraagt natuurlijk om een wederbezoekje...
    En ik heb net met een hele grote glimlach op mijn gezicht al je verhalen hier gelezen.
    Wat prachtig!!!
    Ik ga je graag volgen!

    Groetjes,
    Anneke
    (handige An)

    BeantwoordenVerwijderen